EUR-Lex De toegang tot het recht van de Europese Unie

Terug naar de EUR-Lex homepage

Dit document is overgenomen van EUR-Lex

Document 32016D0011

Besluit (EU) 2016/811 van de Europese Centrale Bank van 28 april 2016 houdende wijziging van Besluit ECB/2014/34 betreffende met gerichte langerlopende herfinancieringstransacties verband houdende maatregelen (ECB/2016/11)

PB L 132 van 21.5.2016, blz. 129–131 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Juridische status van het document Van kracht

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2016/811/oj

21.5.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 132/129


BESLUIT (EU) 2016/811 VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK

van 28 april 2016

houdende wijziging van Besluit ECB/2014/34 betreffende met gerichte langerlopende herfinancieringstransacties verband houdende maatregelen (ECB/2016/11)

DE RAAD VAN BESTUUR VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 127, lid 2, eerste streepje,

Gezien de statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank, en met name artikel 3.1, eerste streepje, artikel 12.1, artikel 18.1, tweede streepje en artikel 34.1, tweede streepje,

Gezien Richtsnoer (EU) 2015/510 van de Europese Centrale Bank van 19 december 2014 betreffende de tenuitvoerlegging van het monetairbeleidskader van het Eurosysteem (ECB/2014/60) (1),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Conform artikel 1, lid 4, van Richtsnoer (EU) 2015/510 (ECB/2014/60) kan de Raad van bestuur te allen tijde besluiten tot aanpassing van hulpmiddelen, instrumenten, vereisten, criteria en procedures voor de implementatie van monetairbeleidstransacties van het Eurosysteem.

(2)

Op 29 juli 2014 heeft de Raad van bestuur Besluit ECB/2014/34 (2) goedgekeurd, zulks ter uitoefening van haar prijstabiliteitsmandaat en in de context van maatregelen ter versterking van de werking van het doorwerkingsmechanisme van het monetair beleid door kredietverlening aan de reële economie te ondersteunen. Dit besluit voorziet in een reeks van gedurende een periode van twee jaar uit te voeren gerichte langerlopende herfinancieringstransacties (TLTRO's).

(3)

Op 10 maart 2016 heeft de Raad van bestuur van de ECB besloten een nieuwe reeks van vier gerichte langerlopende herfinancieringstransacties (TLTRO's-II) uit te voeren om de soepele monetairbeleidskoers van de ECB en de doorwerking van het monetair beleid te versterken door bancaire kredietverlening aan de reële economie verder te stimuleren. De voorwaarden voor deze TLTRO's-II worden in een apart besluit vastgesteld. Om het instellingen toe te staan de uit hoofde van TLTRO's geleende bedragen af te lossen en uit hoofde van de TLTRO's-II te lenen, heeft de Raad van bestuur besloten in juni 2016 voor alle uitstaande TLTRO's een aanvullende vrijwilligeaflossingsmogelijkheid in te voeren.

(4)

De Raad van bestuur heeft tevens besloten dat geen nadere rapportageverplichtingen bestaan voor deelnemers die de gegevens hebben ingediend die vereist zijn voor de berekening van verplichte vervroegde aflossing in september 2016.

(5)

Opdat kredietinstellingen voldoende tijd voor operationele voorbereidingen voor de eerste TLTRO-II hebben, moet dit besluit onverwijld in werking treden.

(6)

Besluit ECB/2014/34 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Wijzigingen

Besluit ECB/2014/34 wordt als volgt gewijzigd:

1)

Artikel 6 wordt vervangen door:

„Artikel 6

Vervroegde aflossing

1.   Onverminderd lid 2, te beginnen 24 maanden na elke TLTRO, kunnen deelnemers halfjaarlijks het TLTRO's-bedrag voor de vervaldag geheel of gedeeltelijk aflossen. Vervroegdeaflossingsdata vallen samen met de afwikkelingsdatum van een basisherfinancieringstransactie van het Eurosysteem, zoals bepaald door het Eurosysteem.

2.   Deelnemers kunnen tevens het TLTRO's-bedrag voor de vervaldag geheel of gedeeltelijk aflossen op een datum die samenvalt met de afwikkelingsdatum van de eerste uit hoofde van Besluit (EU) 2016/810 van de Europese Centrale Bank (ECB/2016/10) (*) uitgevoerde TLTRO. Om op deze eerste vervroegdeaflossingsdatum in aanmerking te komen voor de vervroegdeaflossingsprocedure stelt een deelnemer de betrokken NCB uiterlijk drie weken voorafgaande aan die vervroegdeaflossingsdatum ervan in kennis dat hij uit hoofde van de vervroegdeaflossingsprocedure op de vervroegdeaflossingsdatum vervroegd wil aflossen. Die inkennisstelling wordt voor de deelnemer drie weken voor de betreffende vervroegdeaflossingsdatum bindend. Ter vermijding van twijfel, het voor de in juni 2016 uit te voeren TLTRO beschikbare aanvullende en overeenkomstig artikel 4, lid 3, te berekenen leningvolume wordt bepaald op basis van de bedragen die werden geleend gedurende de vanaf maart 2015 uitgevoerde TLTRO's, zonder aftrek van enig op de eerste vervroegdeaflossingsdatum afgelost bedrag.

3.   Ten aanzien van alle overige vervroegdeaflossingsdata, om in aanmerking te komen voor de vervroegdeaflossingsprocedure stelt een deelnemer de betrokken NCB uiterlijk twee weken voorafgaande aan die vervroegdeaflossingsdatum ervan in kennis dat hij uit hoofde van de vervroegdeaflossingsprocedure op de vervroegdeaflossingsdatum vervroegd wil aflossen. Die inkennisstelling wordt voor de deelnemer twee weken voor de betreffende vervroegdeaflossingsdatum bindend.

4.   Indien de deelnemer het op de aflossingsdatum uit hoofde van de vervroegdeaflossingsprocedure verschuldigde bedrag niet of gedeeltelijk voldoet, kan een geldboete worden opgelegd. De toepasselijke geldboete wordt overeenkomstig bijlage VII bij Richtsnoer (EU) 2015/510 van de Europese Centrale Bank (ECB/2014/60) (**) berekend en komt overeen met de geldboete die wordt opgelegd indien niet wordt voldaan aan de verplichtingen om voldoende onderpand te verstrekken en het bedrag af te lossen dat de wederpartij aangaande transacties met wederinkoop voor monetairbeleidsdoeleinden is toegewezen. De oplegging van een geldboete geschiedt zonder afbreuk te doen aan het NCB-recht om in geval van wanbetaling de in artikel 166 van Richtsnoer (EU) 2015/510 (ECB/2014/60) vastgelegde verhaalsmogelijkheden uit te oefenen.

(*)  Besluit (EU) 2016/810 van de Europese Centrale Bank van 28 april 2016 betreffende een tweede reeks gerichte langerlopende herfinancieringstransacties (ECB/2016/10) (PB L 132 van 21.5.2016, blz. 107)."

(**)  Richtsnoer (EU) 2015/510 van de Europese Centrale Bank van 19 december 2014 betreffende de tenuitvoerlegging van het monetairbeleidskader van het Eurosysteem (algemene documentatie richtsnoer) (ECB/2014/60) (PB L 91 van 2.4.2015, blz. 3).”."

2)

In artikel 7 worden lid 1 en 2 vervangen door:

„1.   TLTRO-deelnemers wier cumulatief in aanmerking komende vorderingenoverschot in de periode van 1 mei 2014 tot en met 30 april 2016 lager is dan het voor hun op 30 april 2016 geldende benchmark, moeten hun initiële en aanvullende TLTRO-leningen op 28 september 2016 volledig aflossen, tenzij het Eurosysteem een alternatieve datum vaststelt. Zie bijlage I voor de technische berekeningen.

2.   Indien de totale kredietopname van een deelnemer in relatie tot zijn aanvullende leningvolume in de TLTRO's, die van maart 2015 tot juni 2016 worden uitgevoerd, het aanvullende leningvolume overschrijdt zoals berekend ten tijde van de referentiemaand van toewijzing april 2016, dan is het kredietopnamebedrag dat hoger is dan het aanvullende leningvolume verschuldigd op 28 september 2016, tenzij het Eurosysteem een andere datum vaststelt. Zie bijlage I voor de technische berekeningen.”.

3)

In artikel 7 wordt lid 5 vervangen door:

„5.   Indien de deelnemer het op de aflossingsdatum uit hoofde van de verplichte vervroegdeaflossingsprocedure verschuldigde bedrag niet of gedeeltelijk voldoet, kan een geldboete worden opgelegd. De toepasselijke geldboete wordt overeenkomstig bijlage VII bij Richtsnoer (EU) 2015/510 (ECB/2014/60) berekend en komt overeen met de geldboete die wordt opgelegd indien niet wordt voldaan aan de verplichtingen om voldoende onderpand te verstrekken en het bedrag af te lossen dat de wederpartij aangaande transacties met wederinkoop voor monetairbeleidsdoeleinden is toegewezen. De oplegging van een geldboete geschiedt zonder afbreuk te doen aan het NCB-recht om in geval van wanbetaling de in artikel 166 van Richtsnoer (EU) 2015/510 (ECB/2014/60) vastgelegde verhaalsmogelijkheden uit te oefenen.”.

4)

In artikel 8 wordt lid 4 vervangen door:

„4.   Indien een instelling deelneemt aan een TLTRO en zolang de instelling een uitstaand TLTRO-krediet heeft, moet zij overeenkomstig lid 1 elk kwartaal een gegevensrapportagesjabloon invullen en insturen tot alle krachtens artikel 7 vereiste informatie ter vaststelling van de verplichteaflossingsverplichting is ingediend.”.

5)

In artikel 8 wordt lid 8 vervangen door:

„8.   Tenzij een deelnemer alle krachtens zijn TLTRO's uitstaande bedragen overeenkomstig artikel 6, lid 2? heeft afgelost, moet elke TLTRO-deelnemer jaarlijks de overeenkomstig lid 1 gerapporteerde gegevens op nauwkeurigheid laten onderzoeken. Dat onderzoek kan een externe accountant uitvoeren binnen de context van een jaarlijkse audit. In plaats van het gebruik van een externe accountant, mogen deelnemers plannen opstellen voor equivalente regelingen, die het Eurosysteem goedkeurt. De NCB van de deelnemer wordt in kennis gesteld van het onderzoeksresultaat. In geval van TLTRO-groepdeelname worden de resultaten gedeeld met de NCB's van de TLTRO-groepsleden. Op verzoek van de NCB van een deelnemer worden uit hoofde van dit lid verkregen onderzoekresultaten verstrekt aan die NCB en, in geval van groepsdeelname, worden die gegevens vervolgens gedeeld met de NCB's van de TLTRO-groepsleden.”.

Artikel 2

Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op de 3 mei 2016.

Gedaan te Frankfurt am Main, 28 april 2016.

De president van de ECB

Mario DRAGHI


(1)  PB L 91 van 2.4.2015, blz. 3.

(2)  Besluit ECB/2014/34 van 29 juli 2014 betreffende met gerichte langerlopende herfinancieringstransacties verband houdende maatregelen (PB L 258 van 29.8.2014, blz. 11).


Naar boven