EUR-Lex De toegang tot het recht van de Europese Unie

Terug naar de EUR-Lex homepage

Dit document is overgenomen van EUR-Lex

Document 52005AB0053

Advies van de Europese Centrale Bank van 9 december 2005 op verzoek van de Raad van de Europese Unie inzake een voorstel voor een Richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Richtlijn 2004/39/EG betreffende markten voor financiële instrumenten met betrekking tot bepaalde termijnen (CON/2005/53)

PB C 323 van 20.12.2005, blz. 31–31 (ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)

20.12.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 323/31


ADVIES VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK

van 9 december 2005

op verzoek van de Raad van de Europese Unie inzake een voorstel voor een Richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Richtlijn 2004/39/EG betreffende markten voor financiële instrumenten met betrekking tot bepaalde termijnen

(CON/2005/53)

(2005/C 323/10)

1.

Op 20 oktober 2005 ontving de Europese Centrale Bank (ECB) een verzoek van de Raad van de Europese Unie voor een advies inzake een voorstel voor een Richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Richtlijn 2004/39/EG betreffende markten voor financiële instrumenten met betrekking tot bepaalde termijnen (1) (hierna de „ontwerprichtlijn” te noemen).

2.

De bevoegdheid van de ECB om een advies uit te brengen is gebaseerd op het eerste streepje van artikel 105, lid 4 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, aangezien de ontwerprichtlijn bepalingen bevat die betrekking hebben op de werking en de integratie van de financiële markten van de EU en die mogelijkerwijze de financiële stabiliteit betreffen. Overeenkomstig de eerste volzin van artikel 17.5 van het Reglement van orde van de Europese Centrale Bank heeft de Raad van bestuur dit advies goedgekeurd.

3.

De ECB verwelkomt de verlenging met zes maanden tot oktober 2006 van de uiterste termijn die geldt voor de omzetting van Richtlijn 2004/39/EG (2) in nationaal recht door de lidstaten en het verlenen van nog eens zes maanden na de omzetting voor de effectieve toepassing van Richtlijn 2004/39/EG, stappen die zowel voor lidstaten alsook voor beleggingsondernemingen noodzakelijk zijn gebleken. Voorts begrijpt de ECB dat de Raad en het Europees Parlement momenteel overwegen de uiterste termijnen met nog eens drie maanden tot negen maanden te verlengen. De ECB zou evenmin bezwaren hebben tegen een dergelijke verlenging.

Gedaan te Frankfurt am Main, 9 december 2005.

De President van de ECB

Jean-Claude TRICHET


(1)  COM(2005) 253 definitief.

(2)  Richtlijn 2004/39/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 betreffende markten voor financiële instrumenten, tot wijziging van de Richtlijnen 85/611/EEG en 93/6/EEG van de Raad en van Richtlijn 2000/12/EG van het Europees Parlement en de Raad en houdende intrekking van Richtlijn 93/22/EEG van de Raad (PB L 145 van 30.4.2004, blz. 1).


Naar boven